Theorie die de wereld beschrijft in termen van evenwicht tussen chaos en orde. Alleen daar waar deze in evenwicht zijn kan groei en ontwikkeling plaats vinden. Dit geldt op alle (wetenschappelijke) gebieden en op alle schaalgroottes (van microben tot sterrenstelsels).
Grote complexe systemen (ook organisaties) zijn niet of maar in zeer beperkte mate maakbaar, hebben hun eigen ‘mind’, gedragen zich als levend systeem, verzetten zich tegen verandering, passen zich wel aan wanneer het voortbestaan op het spel staat, vertonen onvoorspelbaar gedrag zeker in turbulente tijden/omstandigheden.
Met dit gedachtegoed als uitgangspunt ontstaat automatisch een andere dan gebruikelijke houding ten opzichte van het besturen/veranderen van organisaties, die in hoge mate contrasteert met de angelsaksische manier van denken en handelen.